Registratie behouden creëert onduidelijkheid

Raad van State negatief over behoud registratie homeopathie

Het behoud van de registratie als homeopaat op basis van verworven rechten is misleidend voor patiënten, zegt de Raad van State.

Herman Nys, em. prof. medisch recht KU Leuven, ex-voorzitter VITAZ

Het voorontwerp van wet ‘houdende diverse bepalingen inzake gezondheid’ dat op 11 juli 2025 door de ministerraad werd goedgekeurd, heft ondermeer de wet op de niet-conventionele praktijken en de uitvoeringsbesluiten ervan opheft.

rtikel X+11 van het voorontwerp bepaalt dat de personen die op de datum van inwerkingtreding van deze wet beschikken over een registratie als homeopaat, op basis van die wet deze registratie behouden.

Rechtszekerheid en verworven rechten

Over dit voorontwerp bracht de Raad van State op 24 september advies uit (advies 78.083/2/V-3).

Op de vraag van de Raad van State om nader aan te geven welk concreet belang wordt gediend door het behouden van dergelijke registraties, heeft de gemachtigde ambtenaar de volgende bijkomende informatie verstrekt:

“In antwoord op uw vraag kunnen we u meedelen dat via de ontworpen bepalingen de rechtmatig toegekende registraties niet worden ingetrokken in het belang van de rechtszekerheid en met inachtneming van verworven rechten. Deze registratie kan als dusdanig geldig worden blijven opgenomen in het portfolio, zowel in het kader van binnenlandse als buitenlandse praktijkvoering."

"Eveneens worden de rechtmatig toegekende registraties niet ingetrokken om te vermijden dat een dergelijke intrekking van de registratie (verkeerdelijk) zou worden aanzien als een individuele maatregel ten aanzien van/te wijten aan de geregistreerde homeopaat, in de plaats van een gevolg van de opheffing van de wet.”

Behoud registratie is misleidend voor patiënten

Volgens de Raad van State kunnen de registraties in de mate waarin zij geen juridische draagwijdte meer hebben, ter wille van de rechtszekerheid niet behouden blijven voor diegenen die er reeds over beschikten.

Door integendeel de registraties niet te behouden wordt elke onduidelijkheid voorkomen over wat het betekent of tot gevolg heeft dat iemand toch nog geregistreerd staat, meer bepaald gelet op het onderscheid dat een patiënt genoopt zou zijn te maken tussen een geregistreerde en een niet-geregistreerde beoefenaar.

Als niet kan worden aangetoond dat het behouden van de registraties enig nut heeft, moet artikel X+11 worden weggelaten.

Het is nu aan de wetgever om te beslissen om deze bepaling al dan niet te behouden. Maar het ligt voor de hand het advies te volgen.