Het ideaal van onfeilbaarheid
"Artsen zijn geen onfeilbare superhelden uit het Marvel-universum", schrijft Jochen Nijs in zijn column ‘Heldendom in de geneeskunde: een gevaarlijke illusie’. Ik onderschrijf ten volle de visie die in deze column wordt gedeeld. De neiging om artsen te verheerlijken als ‘helden’ of ‘topdokters’ legt een enorme druk op schouders die al zwaar belast zijn.
Dr. Ann-Marie Morel, pneumoloog-oncoloog, psychotherapeut, vertrouwensarts Arts in Nood
In mijn werk als vertrouwensarts bij Arts in Nood word ik regelmatig geconfronteerd met de gevolgen van dit beeld: psychische uitputting, schuldgevoelens en een groeiende afstand tussen de arts en zijn of haar eigen grenzen.
Het ideaal van onfeilbaarheid maakt het voor velen moeilijk om fouten of twijfels te erkennen, laat staan om hulp te vragen. Het voedt een cultuur waarin kwetsbaarheid ten onrechte wordt gezien als zwakte, terwijl net daar de kiem ligt van veerkracht en professionaliteit.
Het ideaal van onfeilbaarheid maakt het voor velen moeilijk om fouten of twijfels te erkennen, laat staan om hulp te vragen
Daarnaast heeft dit heldenbeeld ook een keerzijde voor de patiënt. De nadruk op spectaculaire genezingen en technische hoogstandjes creëert vaak onrealistische verwachtingen: alsof elk medisch probleem oplosbaar is en een minder gunstige uitkomst een persoonlijk falen van de arts betekent.
Maar geneeskunde is geen exacte wetenschap. Ondanks alle kennis, toewijding en vooruitgang blijven onzekerheid en onvoorspelbaarheid inherent aan ons vak.
Het zou onze samenleving - en ons zorgsysteem - ten goede komen als we de focus verschuiven van onfeilbaarheid naar menselijkheid, van prestatie naar partnerschap. Alleen zo kunnen we een gezondere balans vinden, voor zowel arts als patiënt.