Ziekenfondsen

Statuut adviserend arts aantrekkelijker

Het Belgisch Staatsblad van 22 september publiceert het KB van 29 augustus 2025 ‘tot wijziging van het KB nr. 35 van 20 juli 1967 houdende het statuut en het barema van de adviserend geneesheren die tot taak hebben bij de verzekeringsinstellingen in te staan voor de geneeskundige controle op de primaire arbeidsongeschiktheid en op de gezondheidsverstrekkingen overeenkomstig de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994’ bekend.

Herman Nys, em. prof. medisch recht KU Leuven, ex-voorzitter VITAZ

Volgens het Verslag aan de Koning dat aan het KB voorafgaat, heeft deze wijziging hoofdzakelijk tot doel "de functie van adviserend artsen 'aantrekkelijker' te maken." De laatste jaren zijn een groot aantal adviserend artsen op pensioen gegaan en de verzekeringsinstellingen hebben de grootste moeite om de openstaande vacatures in te vullen". Een van die aanpassingen is dat ‘geneesheer’ wordt vervangen door ‘arts’.

Deeltijdse aanwerving en bijkomende medische activiteit worden mogelijk

De belangrijkste aanpassingen betreffen de mogelijkheid van deeltijdse aanwerving en het verrichten van bijkomende medische activiteiten. Daartoe wordt § 2 van artikel 4 van het KB nr. 35 vervangen door de volgende bepaling: "In afwijking van paragraaf 1, en op vraag van de arts-directeur, kan het Comité een adviserend arts voor een functie als adviserend arts voor minder dan halftijds erkennen wanneer dwingende redenen verhinderen dat in een bepaalde regio minstens een halftijdse functie van adviserend arts gecreëerd wordt."

Voorts wordt in dat artikel 4 een § 2/1 toegevoegd die als volgt luidt: "De adviserend arts kan geen andere bijkomende medische activiteit uitoefenen zonder voorafgaande toelating van het Comité van de Dienst voor geneeskundige evaluatie en controle. Die toelating wordt gevraagd op voorstel van de arts-directeur van de verzekeringsinstelling en is steeds herroepbaar." Die toelating wordt steeds verleend wanneer het gaat over onderzoeks- of onderwijsactiviteiten.

Onverenigbaar

De bijkomende medische activiteit mag nooit onverenigbaar zijn met de noodzakelijke onafhankelijkheid voor de uitoefening van de functie van adviserend arts of de adviserend arts verplichten ten aanzien van dezelfde personen tegelijkertijd of achtereenvolgens tussen te komen in verschillende hoedanigheden.

De bijkomende medische activiteit mag geen aanleiding geven tot de aanrekening van prestaties die recht geven op terugbetalingen van gezondheidszorgen of uitkeringsvergoedingen in de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen.

Die beperking is niet van toepassing op de adviserend arts die minder dan halftijds werkzaam is zoals voorzien in § 2, voor zover de adviserend arts verzorging verleent aan personen die aangesloten zijn bij een andere verzekeringsinstelling dan zijn eigen instelling of buiten de activiteitsregio die hem door die instelling is toegewezen of voor zover de adviserend arts de verzorging verleent in dringende situaties of in het kader van een wachtdienst.

Gelijkgesteld

Inzake de toepassing van de regelen van dit statuut wordt de adviserend arts die deeltijds is aangeworven voor verscheidene verzekeringsinstellingen, gelijkgesteld met de voltijds aangeworven adviserend arts wanneer de volgende voorwaarden zijn vervuld:

• de totale duur van de overeengekomen prestaties beloopt ten minste achtendertig uur per week;
• de adviserend arts oefent geen andere geneeskundige praktijk uit met uitzondering van onderzoeks- of onderwijsactiviteiten;
• de contractuele of statutaire bepalingen zijn aan het Comité van de Dienst voor geneeskundige evaluatie en controle voorgelegd en door dat Comité goedgekeurd wat de duur van de prestaties en het bedrag van de bezoldigingen betreft.

De adviserend arts, die erkend is om zijn taak deeltijds te vervullen, verbindt zich ertoe de prestaties, welke door de noodwendigheden van zijn taak zijn vereist, te verrichten op uren die door de arts-directeur van de verzekeringsinstellingen zijn vastgesteld."

Het KB treedt in werking op 2 oktober 2025.