Kartel over het conventie-akkoord
“Een heuse prestatie”
In omstandigheden en tijden waarin er 0,0 budgettaire marge is, mag het een heuse prestatie genoemd worden dat er een akkoord is bereikt”, reageert het Kartel op het akkoord dat vannacht werd gesloten in de medicomut. “Het is vooral ook een bewijs dat het overleg in zijn huidige vorm wel degelijk werkt.”
Filip Ceulemans
Het Kartel (ASGB, GBO, MoDeS) is verheugd dat artsen en ziekenfondsen een akkoord hebben bereikt over een nieuwe conventie voor twee jaar. Met een sneer naar minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Frank Vandenbroucke (Vooruit) luidt het dat dit akkoord aantoont dat het huidige overlegmodel nog steeds werkt. “Hopelijk knoopt de minister dat in zijn oren, nu hij zijn hervormingswet aan het herschrijven is naar aanleiding van de opmerkingen van de Raad van State en de Gegevensbeschermingsautoriteit.
Naast de lineaire indexering van de erelonen met 2,72% wijst het Kartel naar vier concrete initiatieven waarvoor budget wordt vrijgemaakt. Voor het overleg tussen kinderpsychiaters en huisartsen voorziet het akkoord een budget van 761.000 euro. In het akkoord 2024-2025 werd al een nomenclatuurvoorstel uitgewerkt voor een vergoeding van het overleg tussen kinder- en jeugdpsychiaters en de huisarts bij de ambulante behandeling van een patiënt jonger dan 18 jaar. “Het Kartel heeft daar een grote bijdrage aan geleverd, maar momenteel is er enkel een vergoeding voorzien voor de kinder- en jeugdpsychiaters. In de loop van dit akkoord zal ook in een vergoeding voor de huisarts worden voorzien.”
Somatische zorg
Voor de somatische zorg in de K-dienst wordt 590.000 euro vrijgemaakt. “Het akkoord voorziet in de structurele uitbouw van somatische zorg voor kinderen en jongeren in een K-dienst van een PZ. In deze setting zal de systematische medische controle bij opname en de verdere opvolging worden uitgevoerd door de huisarts. Daartoe zullen specifieke raadplegingen of bezoeken door de huisarts worden uitgewerkt met strikte toepassingsregels.”
“Pulmonale revalidatie is één van de weinige transversale zorgtrajecten die tot een echt praktische meerwaarde kunnen leiden, dankzij de voortrekkersrol van enkele pneumologen en bestuursleden van het Kartel. Om voor ons nog altijd duistere redenen bleek het benodigde budget dat in het vorige akkoord voorzien was, geschrapt te zijn. In het nieuwe akkoord wordt dit opnieuw hernomen.”
Nomenclatuur
Een vierde initiatief waarnaar het Kartel verwijst, is het permanentiehonorarium voor pediatrie dat de dalende trend een halt moet toeroepen en het specialisme moet promoten. Het honorarium komt er – in afwachting van de hervorming van de nomenclatuur - voor ziekenhuisartsen ter compensatie van het dalend aantal opnames. “Het Kartel tracht hier haar stempel op te drukken in de werkgroep ‘ACA’.”
Ter compensatie van het wegvallen van de vergoeding voor telefonische consultaties van huisartsen, zal er in 2026 via de geïntegreerde praktijkpremie een budget van 21 miljoen euro vrijgemaakt worden voor een forfaitaire vergoeding pro rata het aantal GMD’s. “Vanaf 2027 is het de bedoeling om een nieuw systeem voor teleconsultaties in te voeren. Hiervoor wordt een budget van 42,5 miljoen euro voorzien. Voor artsen-specialisten wordt vanaf 2027 een budget van 7 miljoen euro voorzien voor telefonische consulten.”
Transparantie- en pseudocodes
Het Kartel staat ten slotte stil bij enkele belangrijke engagementen. “Op expliciete vraag van het Kartel is in het akkoord opgenomen dat er in de medicomut een debat komt over de noodzakelijkheid van en eventuele modaliteiten voor de opsplitsing van de honoraria in een professioneel deel en een kostendeel.”
De komende twee jaar komen er initiatieven met betrekking tot transparantie- en pseudocodes, honorariumrichtlijnen en bijzondere eisen van de patiënt. Er komt een efficiënter en transparanter beheer van de GMD’s zodat de patiënt op de hoogte wordt gesteld wanneer er een verzoek tot wijziging van GMD-houder bij een ziekenfonds binnenkomt.
Als laatste punt stipt het Kartel aan dat er een betere organisatie komt van de niet-planbare zorg waarbij gebruik wordt gemaakt van een geïntegreerde triage en overleg tussen wachtposten en spoeddiensten. “Door de telefonische triage (1733) te optimaliseren zal de overbelasting van ziekenhuizen en wachtposten worden verminderd en komt er meer tijd vrij voor de zorg van patiënten die echt dringende zorg nodig hebben, waardoor ook de kosten voor vermijdbare zorg in zowel de eerste lijn als de tweede lijn zullen dalen.”