Arts klaagt gezondheidszorg in Belgische gevangenissen aan
Dokter Brecht Verbrugghe, een huisarts die in de gevangenis van Sint-Gillis en Haren heeft gewerkt, velt in een brief aan de Orde der artsen een vernietigend oordeel over de gezondheidszorg in de Belgische gevangenissen.

Zijn getuigenis, gebaseerd op drie jaar praktijkervaring, beschrijft een systeem met ethische misstanden en ernstige structurele tekortkomingen. De zorg die gedetineerden krijgen is ontoereikend, slecht georganiseerd en vaak geïmproviseerd. Diagnoses worden laat gesteld, behandeling is soms afwezig of wordt slecht opgevolgd, medische dossiers zijn onvolledig en de toegang tot specialisten is zeer moeilijk.
Aanzienlijke gezondheidsbehoeften
Volgens dr. Verbrugghe heeft de gevangenispopulatie nochtans aanzienlijke gezondheidsbehoeften. Uit internationale studies* blijkt dat de levensverwachting van gedetineerden lager ligt dan het nationale gemiddelde. De kans op vroegtijdig overlijden is veel groter dan voor mensen die nooit gevangen hebben gezeten.
Psychische aandoeningen, onbehandelde chronische ziekten en verslavingen komen veel voor. Na hun vrijlating vertonen gevangenen vaak een verslechterende gezondheidstoestand, die via de reguliere gezondheidszorg moet worden aangepakt.
Ernstige tekortkomingen
Dr. Verbrugghe haalt in zijn rapport een waslijst aan klinische gevallen aan waarin de zorg tekortschoot. Hij noemt vertragingen in de behandeling van ernstige ziekten. Een andere patiënt nam een grote hoeveelheid medicijnen in zonder adequate begeleiding. Een jongeman werd na een brand verkoold in zijn cel aangetroffen.
Een psychiatrisch patiënt lag dagenlang in zijn eigen uitwerpselen, zonder passende zorg. Patiënten met hepatitis C worden niet behandeld vanwege een gebrek aan protocollen of budget. Tandheelkundige zorg is niet beschikbaar na het vertrek van een arts die niet werd vervangen. Geplande operaties worden op het laatste moment afgelast vanwege stakingen of veiligheidsproblemen.
Geen van deze gevallen leidde tot een formeel gesprek, een evaluatie of een poging tot structurele verbetering. Artsen vernemen sterfgevallen van gedetineerden vaak terloops. Fouten worden niet erkend, geanalyseerd of gecorrigeerd. Er is evenmin een coherent beleid voor zelfmoordpreventie, noch enige analyse na een incident wanneer zich een tragedie voordoet.
De medische beoordeling van eenzame opsluiting is vaak fictief of ongedocumenteerd. Ook kwetsbare mensen – psychotisch, suïcidaal of in ontwenning – worden in isolatie geplaatst, waardoor hun toestand aanzienlijk verslechtert.
'Een van de belangrijkste oorzaken voor deze wansituatie is een structurele fout in de organisatie van zorg in gevangenissen'
Structurele fout
Een van de belangrijkste oorzaken voor deze wansituatie is een structurele fout in de organisatie van zorg in gevangenissen. Anders dan de meeste andere Europese landen, waar de zorg voor gedetineerden is ondergebracht bij het ministerie van Volksgezondheid, heeft België deze taak toevertrouwd aan het Directoraat-generaal Penitentiaire inrichtingen (EPI). Dat staat volgens Verbrugghe de medische onafhankelijkheid in de weg.
“Artsen zijn niet vrij om klinische beslissingen te nemen; hun voorschriften kunnen om logistieke of veiligheidsredenen in twijfel worden getrokken of genegeerd. Er is geen echte medische raad of gestructureerd toezicht op de medische praktijken.”
De hiërarchie is bovendien onduidelijk. Ontmoetingen tussen artsen zijn zeldzaam en informeel. Volgens dr. Verbrugghe is het medisch beroepsgeheim niet volledig gegarandeerd (consulten vinden plaats in de gangen of via het luikje in de celdeur, informatie wordt onbeveiligd uitgewisseld).
Hervorming wacht al twintig jaar
De noodzaak van een hervorming van de penitentiaire zorg wordt al twee decennia erkend. Maar er komt geen schot in de zaak. De machine “draait door”, zegt een ambtenaar die in het rapport wordt geciteerd.
De arts betreurt een soort “machtsstrijd” tussen de FOD Justitie en de FOD Volksgezondheid. De FOD Justitie lijkt geen verantwoordelijkheid te willen nemen en zet artsen onder druk om hun ethiek te schenden. De FOD Volksgezondheid lijkt haar eigen redenen te hebben om deze verantwoordelijkheid niet over te willen nemen, zegt Verbrugghe.
Voorstellen voor verandering
Verbrugghe stelt een aantal concrete actiepunten voor om de zorg voor gedetineerden te verbeteren.
- Gevangenisdirecties moeten transparanter zijn.
- Checks and balances moeten worden versterkt, bijvoorbeeld via monitoringcommissies of door de verplichting om gegevens te verstrekken aan de volksgezondheidszorg.
- Een kosten-batenanalyse moet helpen om kwaliteitszorg in de gevangenis te organiseren. Deze moet worden geïntegreerd in criminologische analyses die gevangenisstraffen en hun alternatieven evalueren.
- Gevangenispersoneel moet bewust worden gemaakt van de gezondheidsproblemen van gedetineerden en hun rechten.
- De personele en materiële middelen moeten worden uitgebreid.
- Artsen en andere zorgverleners moeten beter worden voorbereid en getraind voor werk in penitentiaire instellingen – niet alleen om in deze zeer specifieke context te kunnen werken, maar ook om hun werk weer zin en betekenis te geven.
- Bovenal moeten we overwegen wie we in de gevangenis plaatsen en om welke reden, want de gevangenis is geen plek voor zorg.
>> *https://doi.org/10.1146/annurev-soc-073014-112326
'Een gevangenis is geen psychiatrisch ziekenhuis'
Kathleen Van De Vijver, woordvoerster van het DG EPI (Directoraat-Generaal Penitentiaire Inrichtingen), reageert op de kritiek van gevangenisarts Brecht Verbrugghe.
“Tijdens de vorige legislaturen is al besloten dat de medische zorg voor gedetineerden onder de verantwoordelijkheid van Volksgezondheid zou vallen. Daartoe wordt gefaseerd en via proefprojecten gewerkt.”
“De medische ethiek geldt ook binnen penitentiaire inrichtingen: contacten moeten per definitie vertrouwelijk zijn. Wanneer er beveiligingspersoneel aanwezig of in de buurt is (op verzoek van de arts, of vanwege het beveiligingsregime van de gedetineerde), is dit personeel verplicht de vertrouwelijkheid van de gesprekken te respecteren.”
“Het juridisch systeem werkt met beperkte budgetten. Er is geen financiering via de ziekteverzekering van het RIZIV, vandaar de noodzaak om medicatie te beheren tijdens detentie. Wij geven altijd de behandelingen die door een arts worden voorgeschreven. Er was een eenmalig probleem met dure hepatitis C-medicatie, waarvoor destijds geen budget beschikbaar was.”
“Een gevangenis is geen psychiatrisch ziekenhuis. Wij zijn niet de aangewezen plek om gedetineerden of psychisch kwetsbare personen te huisvesten en hen de gespecialiseerde zorg te bieden die ze nodig hebben. Desondanks doen we ons best om hen, met de middelen die we tot onze beschikking hebben, de nodige zorg te bieden. Het gebruik van beveiligde cellen gebeurt nooit lichtzinnig of willekeurig. Niemand wordt in isolatie geplaatst zonder voorafgaande medische beoordeling. Dat is niet alleen een wettelijke verplichting, maar ook essentieel voor de monitoring van de situatie. Medische monitoring blijft gedurende de isolatieperiode gegarandeerd.”
Het volledige antwoord van de DG EPI kan u lezen op onze website.