‘Gepast omgaan met patiënten is een plicht,
passend omgaan een kunst’
De idee als arts tot naaste van patiënt te verworden is er één waar wij liever niet bij stilstaan. Al dan niet geblinddoekt spaart Dame Fortuna echter niemand. Onwezenlijkheid overvalt je bij het trekken van een slechte kaart. Worstelen met machteloosheid is een diepmenselijke ervaring die noopt tot reflectie over onze eigen verhouding tot de patiënt. Onderstaand volgt een pijnlijk relaas van wat anno 2025 blijkbaar nog steeds kan gebeuren.
Niet-voorbereid een consultatie aanvatten van een nochtans op voorhand als complex aangekondigde situatie boezemt weinig vertrouwen in. De noodzakelijke knip op het gezondheidszorgbudget noopt tot spaarzaam inzetten van middelen, waarbij obsolete heronderzoeken vragen doen rijzen. Tertiaire centra dienen vooral een coördinerende rol te spelen, eerder dan overnemen, nodeloos herhalen of weigeren zorg uit te besteden aan lokale collega’s met de expertise. Nochtans kan dit voor de patiënt logistiek een groot verschil betekenen.
Als arts, laat staan als niet-arts, vereist het moed toch aan te dringen beschikbare perifere zorg te mógen genieten. Deze energie wordt dan ook beter gereserveerd voor verwerking van infaust nieuws. Maar wie begrijpt niet dat het niet gepast is dit via de telefoon te vernemen? Dat het nog minder gepast is een collega de schuld voor de betreurenswaardige communicatie in de schoenen te schuiven?
Dat het nog véél minder gepast is de ongerustheid en het lijden van de patiënt, zuchtig wachtend op informatie, nodeloos te verlengen. Rustig parameters nemen ondanks een vraag tot snelle verlossing betaamt op dat moment niet. Nog véél en véél minder gepast is het de patiënt en dierbare(n) minutenlang alleen te laten vlak na dramatisch nieuws met de boodschap ‘dat de prof zal komen’. Als een dief in de nacht wegsluipen leert de meetrippelende stagiair alvast hoe het niét moet.
'Wie verzaakt aan afgestemd praten over wat niemand horen wil, verzaakt ook aan zijn of haar verantwoordelijkheid als arts'
Blaming en shaming maar geen naming. Ik schreef dit opiniestuk niet uit weerwraak, doch wel ongeloof over wat ons overkwam. Zelf heb ik ervaren dat tijdens de opleiding tot arts terecht meer aandacht geschonken wordt aan communicatie over slecht nieuws. Maar behoeft het écht tekst en uitleg dat wat bovenstaand werd geschetst weinig sensitief is? Wie verzaakt aan afgestemd praten over wat niemand horen wil, verzaakt ook aan zijn of haar verantwoordelijkheid als arts. We zijn slechts de titel geneesheer of -vrouw waardig als we ook kunnen verdragen ongeneesheer of -vrouw te zijn.
Dit schrijven als dringend verzoek tot introspectie aan de betreffende collega’s en diepe dankbaarheid en waardering aan die collegae die steunend supporteren langsheen de lijdenswegen van het menselijk bestaan.
Iris Elens is kinder- en jeugdpsychiater.