Vooruitgang in opsporing dikkedarm- en borstkanker
De bevolkingsonderzoeken om dikkedarm- en borstkanker op te sporen bereiken steeds meer mensen in Vlaanderen. Daarbij worden de kankers ook steeds vaker in een vroeg stadium opgespoord.
Dat blijkt uit cijfers die het Centrum voor Kankeropsporing (CvKO) heeft gepubliceerd ter gelegenheid van de Dag tegen Kanker.
De totale dekkingsgraad voor het bevolkingsonderzoek naar dikkedarmkanker steeg vorig jaar naar 64,7 procent.
Toch zijn er nog enkele groepen die moeilijk bereikt worden: vooral jongere mannen doen niet mee. Zo is slechts 48,8 procent van de 50- tot 54-jarige mannen tegenover 56,8 procent van de vrouwen in die leeftijdsgroep gescreend. In de leeftijdscategorie van 65 tot 74 jaar (voor beide geslachten) is meer dan 70 procent gescreend.
Het bevolkingsonderzoek houdt een gratis stoelgangtest in, maar achteraf worden deelnemers indien nodig opgevolgd via een medisch traject. Het Departement Zorg benadrukt dat mensen die de test hebben kwijtgespeeld of laten vervallen, gratis een nieuwe stoelgangtest kunnen aanvragen.
Borstkankeronderzoek bereikt 66,9 procent
Bij het bevolkingsonderzoek voor borstkanker werd al 66,9 procent van de doelpopulatie gescreend. "Hoewel dit bereik al jaren stabiel is, blijft er werk aan de winkel — vooral onder vrouwen van 50 tot 54 jaar, waar deelname relatief laag is", aldus het Departement Zorg. Vrouwen die in de vier jaren voorafgaand aan de diagnose deelnamen aan het onderzoek, lopen 51 procent minder kans om te overlijden aan borstkanker.
Sinds 2025 werd een vernieuwd bevolkingsonderzoek voor baarmoederhalskanker geïmplementeerd. Sinds kort sturen de labo's hun testresultaten automatisch en in real time door naar het Belgian Cancer Registry (BCR).
Vlaanderen zet in op die drie kankers om te werken aan een toekomstgericht preventiemodel. "Elk geval van kanker dat we tijdig opsporen, is een overwinning voor de patiënt, voor de familie, en voor de samenleving als geheel", aldus minister van Welzijn Caroline Gennez (Vooruit).