DiabetologiePremium

Een semiartificiële pancreas

ENDOCRINOLOGIE Aan het CHU van Luik wordt een patiënt met type 1-diabetes sinds midden april behandeld met een nieuwe technologie: een geslotenlusinsulinepomp zonder leidingen (Omnipod 5), die de glykemie precies op peil houdt en meer autonomie en comfort biedt in het dagelijkse leven.

Die nieuwe generatie van insulinepompen past zelf dag en nacht dankzij ingebouwde artificiële intelligentie de insulinedoses aan op geleide van een glucosesensor, die de glucosewaarden nagenoeg in real time meet, waardoor het risico op hypo- en hyperglykemie daalt.

Omnipod
 © Omnipod 5

Focus op dat nieuwe toestel, een omwenteling bij de behandeling van type 1-diabetes, met prof. Régis Radermecker, diabetoloog aan het CHU van Luik, het ziekenhuis waar die primeur in Wallonië heeft plaatsgevonden, en voorzitter van de Association du diabète.

Wat is er zo bijzonder aan die insulinepomp?

Prof. Régis Radermecker: We onderscheiden de klassieke insulinepompen en de insulinepompen die gekoppeld zijn aan een glucosesensor. Die laatste maken gebruik van leidingen. De nieuwe pomp is echter een alles-in-eenpomp in de vorm van een pleister. Je hebt wel nog een glucosesensor nodig, maar geen buisjes. Er is dus geen risico meer op knikken van de buisjes, waardoor de pomp niet meer kan werken en de patiënt in hyperglykemie gaat. De wegwerppomp, die fungeert als reservoir, wordt voor drie dagen op de huid gekleefd. We konden al beschikken over een terugbetaalde pleisterpomp van hetzelfde merk, die al heel wat patiënten gebruiken, maar deze pomp werkt met een gesloten lus. Het is de eerste semiartificiële pancreas, die zich aanpast volgens de metingen van de glucosesensor. We hadden al geslotenluspompen, maar al die pompen werken met leidingen (n.v.d.r.: die patiënten moeten worden gevolgd in referentiecentra, die over de nodige expertise beschikken).

De patiënt draagt dus twee medische hulpmiddelen?

Ja, bijvoorbeeld de pomp aan één arm en de glucosesensor aan de andere. Er zijn sensoren die je enkel op de arm mag dragen en andere die je op het abdomen kunt plaatsen. Idem wat de pomp betreft. De patiënt draagt dus twee toestelletjes, die met elkaar verbonden zijn.

Komen enkel type 1-diabetespatiënten in aanmerking voor de pomp?

In België worden die pompen enkel terugbetaald voor patiënten met type 1-diabetes. Bij die patiënten kunnen de glykemiewaarden zeer sterk schommelen doordat ze zelf geen insuline meer kunnen aanmaken, waardoor ze een hoger risico lopen op hypoglykemie, hyperglykemie en coma. Het is dan ook veel moeilijker de diabetes te controleren met insulinepennen. Er zijn ook al onderzoeken uitgevoerd bij patiënten met type 2-diabetes, maar de beste resultaten zijn beschreven bij patiënten met type 1-diabetes. De overheden hebben beslist de pomp terug te betalen bij type 1-diabetes omdat er meer wetenschappelijk bewijsmateriaal is bij type 1-diabetes.

Zijn er nog andere terugbetalingsvoorwaarden?

De patiënt moet worden gevolgd door een dienst die beschikt over een conventie insulinepompen (niet alle diensten beschikken over zo’n conventie). Er zijn overigens internationaal erkende indicaties, en je moet ook rekening houden met de wensen van de patiënt. Parameters die meespelen bij het nemen van een beslissing, zijn de instabiliteit van de glykemie, het risico op hypoglykemie en coma, het comfort en het activiteitsniveau van de patiënt, bijv. als de patiënt sportief is.

Régis Radermecker
Prof. Régis Radermecker

'Deze techniek is bijzonder interessant voor jonge patiënten, zowel in hun dagelijkse leven als bij het sporten'
– prof. Régis Radermecker

Je mag dus sporten met deze pomp?

Ja, en dat is bijzonder interessant voor jonge patiënten, zowel in hun dagelijkse leven als bij het sporten. Hoewel het bij rugby misschien moeilijker ligt (glimlacht).

Zal deze technologie een routine worden in het ziekenhuis?

Patiënten die zo’n pomp dragen, moeten een opleiding krijgen, met name wat de voeding betreft. De pomp past de insulinedoses dag en nacht automatisch aan, maar wordt niet geacht te weten wanneer de patiënt eet. Een interventie van de patiënt blijft dus nodig om de aanvoer van koolhydraten aan te kondigen. De pomp zal dan een extra dosis voorstellen.

De patiënt moet dus diabeteseducatie krijgen. Hij moet leren hoe hij zijn koolhydraten moet berekenen en hoe hij met de pomp moet werken. Aan het CHU van Luik geven we die sessies in groep. We beschikken over een lijst van patiënten die educatie volgen met het oog op het gebruik van de pomp. De patiënten krijgen een informatiesessie over de voeding en een tweede om te controleren plus sessies met een verpleegkundige, die uitleg geeft over de pomp, de plaatsing en de vulling ervan … De overgrote meerderheid van de patiënten kan die informatie goed vatten.

Moeten diabetespatiënten hun koolhydraten niet berekenen?

Dat hangt ervan af. Sommige patiënten hebben nooit een pomp gehad, anderen voeren empirische, weinig precieze berekeningen uit. Wij leren ze vrij eenvoudige regels aan in het kader van het dagelijkse leven, waarbij we proberen zo dicht mogelijk aan te leunen bij de realiteit, en preciezere berekeningen te maken, zonder dat dit echter een corvee wordt, bijv. wanneer je patiënten zou vragen alles wat ze eten te wegen. 

Krijg GRATIS toegang tot het artikel
of
Proef ons gratis!Word één maand gratis premium lid en ontdek alle unieke voordelen die wij u te bieden hebben.
  • checkdagelijkse newsletter met nieuws uit de medische sector
  • checkdigitale toegang tot Artsenkrant, De Apotheker en AK Hospitals
  • checkgevarieerd nieuwsaanbod met actualiteit, opinie, analyse, medisch nieuws & praktijk
  • checkdigitale toegang tot de gedrukte magazines
Heeft u al een abonnement? 
Geschreven door Cécile Vrayenne11 september 2025
Print Magazine

Recente Editie
18 september 2025

Nu lezen

Ontdek de nieuwste editie van ons magazine, boordevol inspirerende artikelen, diepgaande inzichten en prachtige visuals. Laat je meenemen op een reis door de meest actuele onderwerpen en verhalen die je niet wilt missen.

In dit magazine