Exclusief interview
"Donorcrisis hakte er zwaar in"
Begin juni werd het kabinet Vandenbroucke plots geconfronteerd met een schandaal rond een spermadonor waarvan het sperma niet enkel bij te veel vrouwen werd gebruikt, maar waarvan het sperma bovendien mogelijks kankerverwekkend zou zijn.
Erik Derycke & Filip Ceulemans
Artsenkrant: In het dossier spermadonatie bent u ingehaald door de realiteit. Hoe cynisch ook, misschien helpt het schandaal de zaken sneller te laten evolueren?
Frank Vandenbroucke: Ik kan zeggen dat dit hier emotioneel zeer zwaar is aangekomen. Bij mij, maar ook bij mijn medewerkers die erbij betrokken zijn. Je moet je proberen voorstellen wat er is gebeurd. Vorige week maandag om vier uur komt hier het bericht binnen dat vijftig kinderen zijn verwekt door dezelfde donor. En, oh ja, mogelijk zijn een deel van de zaadcellen ernstig kankerverwekkend. Over dat laatste waren de betrokken ouders wel al gecontacteerd in 2023.
Hoewel het over iets zeer ernstigs gaat, is me dit nooit gezegd. Men heeft ook nooit iemand gezegd dat men op basis van internationale signalen al sinds november 2023 wist dat er zoveel vrouwen en kinderen bij betrokken waren. Het FAGG wist dat deze anonieme donor in Belgische fertiliteitscentra aan de basis lag van succesvolle zwangerschappen bij 37 vrouwen met 50 kinderen.
"Omdat we de ouders zelf wilden verwittigen, vroegen we de pers om 48 uur te wachten met het uitbrengen van het nieuws."
We kregen die maandag ook de boodschap dat de vrouwen zelf nog niet wisten hoeveel kinderen van die ene spermadonor afkomstig zijn. Omdat we de ouders zelf wilden verwittigen, vroegen we de pers om 48 uur te wachten met het uitbrengen van het nieuws zodat de fertiliteitscentra de moeders konden verwittigen. Dat is zo gelukt.
Groot was dan ook onze verbazing dat enkele dagen later een centrum meldde dat ze nog twee moeders vergeten waren, ondanks de twee bevestigingen die het FAGG die week van het centrum ontving. Ze stonden op een andere manier geregistreerd en dat waren ze vergeten. Deze ouders wisten nog niet dat hun kinderen mogelijk een groot risico op kanker lopen. Dat is natuurlijk zeer ernstig. Daarom onderzoekt het FAGG wat er is misgelopen. Ik heb ook een interne audit gevraagd naar het functioneren van het FAGG in deze zaak.
Zijn dergelijke situaties in de toekomst uitgesloten?
We gaan wetgeving maken waardoor mensen te weten kunnen komen hoeveel kinderen verwekt zijn met dezelfde donor. Wat de overheid weet, moeten mensen ook kunnen weten. Dat is niet gemakkelijk, omdat je een kruispuntbank moet maken, ook voor het verleden. Maar gezien de complexiteit zullen we nooit iedereen kunnen beantwoorden. Er is te veel dat we nooit zullen weten.
De beperking van het aantal kinderen van één donor regelen we via Fertidata, een gecentraliseerde databank waar alle 31 Belgische fertiliteitscentra toegang toe hebben. Die databank was al voorzien sinds 2007, maar bestond nog niet. Toen ik dat vernam, hebben we ze opgericht, maar ook dat heeft enige tijd gevraagd. Met Fertidata kunnen we in de toekomst garanderen dat het aantal van zes vrouwen niet wordt overschreden.
Er is wel een overgangsfase omdat er donoren zijn die zowel voor als na 2024 hebben gedoneerd. Daar kan je nog een probleem hebben, maar voor de wat verdere toekomst is er de absolute garantie dat we die zesvrouwenregel handhaven. Samen met Zweden neem ik momenteel een initiatief om opnieuw op Europees niveau de discussie over de beperking van het aantal donoren en de uitwisseling van gegevens op de agenda te zetten.