Wetsvoorstel tot regeling overleg in kader van beroepsgeheim goedgekeurd

De Commissie Justitie van de Kamer van Volksvertegenwoordigers keurde op 19 december het wetsvoorstel ‘betreffende de verwerking van persoonsgegevens, bij deelname aan een overleg georganiseerd op grond van artikel 458ter van het Strafwetboek’ goed.

Herman Nys, em. prof. medisch recht KU Leuven, ex-voorzitter VITAZ

 Het wetsvoorstel werd ingediend door Sophie De Wit c.s (N-VA)

Artikel 458ter § 1 van het Strafwetboek laat toe dat er krachtens een wet, decreet of ordonnantie, of met de toestemming van de procureur des Konings, een overleg wordt georganiseerd waarbij de deelnemers met elkaar informatie kunnen uitwisselen die onder het beroepsgeheim valt.

Een dergelijk overleg is enkel mogelijk met het oog op de bescherming van de fysieke en psychische integriteit van de persoon of van derden, of ter voorkoming van terroristische misdrijven of ter voorkoming van de misdrijven gepleegd in het raam van een criminele organisatie.

Het goedgekeurde wetsvoorstel laat artikel 458ter ongewijzigd.

Verwerking van persoonsgegevens

Hoofdstuk 2 van het goedgekeurde wetsvoorstel bevat de bepalingen betreffende de verwerking van persoonsgegevens bij deelname aan een overleg georganiseerd op grond van artikel 458ter.

De ervaringen uit de praktijk leren dat er bij de voorbereiding van dat casusoverleg, tijdens dat overleg en tijdens de opvolging ervan een verwerking van persoonsgegevens plaatsvindt.

Het wetsvoorstel beoogt die gegevensverwerkingen te regelen voor wat betreft de deelname van onder de bevoegdheid van de federale overheid vallende deelnemers aan een overleg als vermeld van artikel 458ter van het Strafwetboek. Het wetsvoorstel neemt de essentiële elementen daartoe op en bepaalt de voorwaarden voor deze gegevensverwerking.

Wijziging van het Wetboek van Strafvordering

Artikel 7 van het goedgekeurde wetsvoorstel, dat niet voorkwam in het originele voorstel, vult artikel 90quindecies van het Wetboek van Strafvordering aan met de woorden: ‘de gegevens meegedeeld in het kader van het casusoverleg georganiseerd met het oog op de voorkoming van misdrijven bedoeld in boek II, titel Iter, of van misdrijven gepleegd in het raam van een criminele organisatie als bedoeld in artikel 324bis van het Strafwetboek’.

Artikel 90quindecies sluit de uitoefening van rechten bij de verwerking van persoonsgegevens uit in bepaalde gevallen.

Overgangsbepaling

Artikel 8, dat evenmin voorkwam in het oorspronkelijke wetsvoorstel, bepaalt dat de wet van toepassing zal zijn op alle gegevens die, voorafgaand aan haar inwerkingtreding, in de in deze wet bedoelde gezamenlijke of eigen dossieromgeving werden verwerkt.

Het wetsvoorstel moet nog door de plenaire Kamer worden bekrachtigd.