Definieert preventieve geneesmiddelen
Wijziging van Vlaamse regelgeving over biotische factoren
Het Staatsblad van 24 september maakt het besluit van 5 september 2025 van de Vlaamse Regering tot wijziging van de regelgeving over biotische factoren bekend.
Herman Nys, em. prof. medisch recht KU Leuven, ex-voorzitter VITAZ
Motieven voor het besluit
In de voorafgaande overwegingen bij dit erg technisch besluit worden de motieven waarop het is gebaseerd toegelicht.
Op 18 juli 2025 kondigde de Vlaamse Regering een decreet af tot wijziging van het decreet van 21 november 2003 betreffende het preventieve gezondheidsbeleid, wat betreft de meldingsplicht en het bron- en contactonderzoek voor infectieziekten, het immunisatiebeleid en de verwerking van persoonsgegevens in het kader van de bevolkingsonderzoeken en initiatieven met betrekking tot leefstijlfactoren.
Dat decreet introduceert enkele belangrijke wijzigingen aan het decreet van 21 november 2003 betreffende het preventieve gezondheidsbeleid, onder andere wat betreft het beleid rond vaccinaties en ruimer ook rond immunisaties. Dat beleid omvat zowel maatregelen om de immunisatiegraad te verhogen, als maatregelen om de immunisatiegraad te monitoren via registratie van de immunisatiestatus.
De concretisering van de nieuwe principes in het decreet van 18 juli 2025 tot wijziging van het decreet van 21 november 2003 is belangrijk om de nieuwe ontwikkelingen en mogelijkheden van preventieve immunisatie te kunnen meenemen in een effectiever immunisatiebeleid en zo de bescherming van burgers tegen infecties te verbeteren.
Verschillende wijzigingen van het decreet van 21 november 2003 betreffende het preventieve gezondheidsbeleid vergen verdere uitvoering door de Vlaamse Regering of vergen een aanpassing van de terminologie in de bestaande uitvoeringsbesluiten van dat decreet.
Het is belangrijk om het huidige partnerschap met het Departement Onderwijs en Vorming in het kader van de toediening van vaccinaties niet te beïnvloeden door wijzigende terminologie.
Daarnaast werd tot op heden nog geen uitvoering gegeven aan verschillende delegaties aan de Vlaamse Regering om ambtenaren aan te wijzen die bepaalde bevoegdheden hebben inzake biotische factoren. Dit besluit geeft uitvoering aan deze delegaties aan de Vlaamse Regering om ambtenaren aan te wijzen die bepaalde bevoegdheden hebben inzake biotische factoren.
Definitie van preventieve geneesmiddelen
Artikel 5 van het besluit van 5 september 2025 voegt in het besluit van de Vlaamse Regering van 12 januari 2024 over initiatieven met betrekking tot biotische factoren een artikel 1/1 in dat als volgt luidt: “De preventieve geneesmiddelen, vermeld in artikel 43, § 5, van het decreet van 21 november 2003, waarop de bepalingen van dat decreet van toepassing zijn, zijn:
- alle vaccins die gericht zijn op het voorkomen van een ziekte of aandoening die veroorzaakt wordt door een specifieke biotische factor;
- antilichamen die gericht zijn op het voorkomen van een ziekte of aandoening die veroorzaakt wordt door een specifieke biotische factor, met uitzondering van antilichamen die toegediend worden naar aanleiding van bekende of vermoede immuunstoornissen;
- profylactische geneesmiddelen die gericht zijn op het voorkomen van een ziekte of aandoening die veroorzaakt wordt door een specifieke biotische factor, die toegediend worden aan personen die in contact zijn gekomen met een geïnfecteerde persoon of met een andere bron van besmetting”.
Het besluit van 5 september 2025 treedt in werking op 15 januari 2026. Dat geldt ook voor artikel 1 en 2, artikel 5 tot en met 13 en artikel 15 en 16 van het decreet van 18 juli 2025 tot wijziging van het decreet van 21 november 2003 betreffende het preventieve gezondheidsbeleid (artikel 9).
